Daarnaast is
de VVD er geen voorstander van dat de gemeente incidentele inkomenspolitiek
gaat voeren. Ook huishoudens met een inkomen van bijvoorbeeld 121%, 130% of
200% van de bijstandsnorm hebben te maken met de stijgende
energierekening. Bovendien is er in de
Tweede Kamer al aandacht voor de nijpende situatie waar huishoudens, die op of
net boven de bijstandsnorm zitten, zich in bevinden. Door de indienende
partijen werd aangegeven dat er twee moties, die specifiek zijn gericht op het
compenseren van huishoudens met een laag inkomen, zijn aangenomen in de Tweede
Kamer. De VVD denkt dat er daardoor de kans bestaat dat huishoudens dubbelop
worden gecompenseerd. De wethouder heeft de vraag niet beantwoord of de
gemeentelijke compensatie kan worden teruggevorderd als dit het geval is.
Voor de
fractie van de VVD is het meest opmerkelijke feit dat wethouder Vos (CU) de
motie van de ChristenUnie en PvdA beter wist te uit te leggen en te verdedigen
dan zijzelf. Ze sloeg voor het gemak het hele gedeelte over of het college de
motie aan- of afraadde, maar begon gelijk met het uitleggen van de motie. Dit
wekt de suggestie dat de motie eigenlijk afkomstig was van de wethouder. Dit
werd ook door diverse raadsleden opgemerkt. Zowel de fractie van de
ChristenUnie als de wethouder deden geen enkele moeite om dit te ontkrachten.
De wethouder
gaf zelfs indirect toe dat de motie uit haar koker kwam. Dit doet de vraag
rijzen waarom er voor deze weg is gekozen. De wethouder was immers al op de
hoogte van de problematiek, omdat zij in nauw contact staat met het sociaal
team. Waarom wordt dit probleem dan aangekaart door middel van een motie in de
raad en niet via een collegevoorstel? Het is toch juist aan een wethouder om de
zuivere politieke weg te bewandelen? Wethouder Vos gaf aan dat de politiek
sneller is dan het college. Misschien is dit de waarheid. Of wellicht kon ze de
rest van het college niet achter haar voorstel krijgen om inkomenspolitiek te
bedrijven.
Naar onze
mening tast de handelwijze van de wethouder ook de positie van de raad aan.
Ieder raadslid heeft namelijk recht op dezelfde informatie van het college. In
dit geval had de fractie van de ChristenUnie overduidelijk meer informatie dan
de rest. Toen onze fractievoorzitter, Henk Kemp, hier een opmerking over
maakte, kreeg hij als reactie van de ChristenUnie dat hij ook zelf naar het
gemeentehuis kon bellen voor informatie. Het laatste waar ambtenaren op zitten
te wachten is raadsleden die om de haverklap voor informatie bellen.
“De fractie
van de ChristenUnie heeft zich door de wethouder voor het karretje laten
spannen,” concludeert Henk Kemp. De motie is overigens aangenomen. De angst om
niet sociaal over te komen bleek uiteindelijk groter dan de angst om aan
inkomenspolitiek te doen. Daarom stemden ook het CDA en de ABO ondanks hun
eerdere bedenkingen in met de motie van de ChristenUnie en de PvdA. Kortom, de
schending van het dualisme wordt beloond met een aangenomen motie.